Startpagina
Woordenlijst
Spelling
Taaltechnieken
Kijk en luister
Gènker Liere Lèèze
Veldeke online
Out: Vèè kalle Gènker
Historiek
Gènker Kepellekes
Wei ver het zoeal 'ns zègge
Links & bronnen
Veelgestelde vragen
Contact Sitemap Dankwoord

Hallo, Veldeke Gènk, hoe, wanneer en wie duwden of trokken het eerst aan die trein?

 

VG. Bepalende personen in die prehistorie zijn in grote letters: de heren Felix Bergers, prof. dr. Jan Goossens

en dr.Rob Belemans.

 

Hoe kwamen die figuren bij dat Genker dialect terecht?

 

VG. Prof. dr. Jan Goossens, als rasechte Genkenaar.

Dr. Rob Belemans, via zijn taak als onderzoeker aan het Instituut voor Naamkunde en Dialectologie aan de

K.U. Leuven.

Dhr. Jos Venken, leraar Duits aan het St.-Jan Berchmanscollege van Genk kon Felix Bergers overtuigen mee

te werken aan de samenstelling van het woordenboek van de Limburgse dialecten, een initiatief van de

universiteit van Nijmegen.

 

In de zomer van 2000 vroeg de ‘Culturele Centrale van Genk’ aan Felix om een gespreksavond rond het

Genker dialect te organiseren. Samen met dhr. Jan Dries brachten ze een praatgroep van een twintigtal

mensen samen. Die bijeenkomst op 17 november 2000 kunnen we bestempelen als de geboortedatum

van Veldeke Genk.

 

Zo te horen stond de trein toen op de rails en was niet meer te stoppen.

 

VG. De rails lagen perfect recht, de trein reed gezwind, ‘vertraging’ stond en staat niet in zijn woordenlijst.

 

De eerste bijeenkomsten zijn toch steeds richtingbepalend; dat prille begin, vertel eens!

 

VG. Die eerste bijeenkomst ging door in het stadhuis op 17 nov. 2000. Prof. dr. Jan Goossens, gastspreker,

behandelde ‘Het Gènker, zijn kenmerken en gebruik.’ De volgende stap, met als gastspreker dr. Rob Belemans

leidde tot de stichting van Veldeke Gènk op 2 februari 2001.

Leidmotief: Vereeniging vier het behaad en het gebreik van het Gènker.

Anderhalve maand later op 17 maart 2001 werd in Alden-Biesen Veldeke Bels(j) boven de doopvont gehouden.

 

Verhalen uit een beginperiode vind ik altijd heel spannend. Hoe verliep dat in Genk?

 

VG. Die kleine groep begon zich aardig te roeren met een echte knaller. Op 4 april 2001 stelt Renaat Huygen,

na jaren studie, zijn boek 'Het Genker, lezen en schrijven' voor. Sindsdien worden enkel die spellings- en

spraakkunstregels toegepast.

 

Dat is dan een echt gebruiksklaar handboek om die Genker taal correct te kunnen gebruiken.

 

VG. Zulk een handboek is onontbeerlijk, waardoor elke schrijver dezelfde spelling kan gebruiken, die dan ook

altijd herkenbaar blijft voor de toekomstige lezer. De begeleiding door prof. dr. Jan Goossens is hier bepalend

geweest.

 

Zijn jullie dan nog dikwijls in het stadhuis samengekomen?

 

VG. De laatste keer was dat op 6 juni 2001 toen dhr. Roger Bijnens de geschiedenis van de Rollezèngers en

nadat Michel Geraerts ‘Het lèèven èn Slèddere’( Sledderlo) beschreven hadden dat we daar de deur achter ons

dichttrokken.

 

Ergens werd er dan een deur voor jullie geopend.

 

VG. De deur van ‘DEN ICHTER’ werd voor ons wagenwijd opengezet. Dat is sedert 26 september 2001 onze

vaste stek.

Onze eerste gastsprekers waren: dhr. Rik Libot met ‘De Brievieëgel èn Gènk’ en Chris D’Arnese, die zijn proefschrift:

 ‘Het Genker dialect, een onderzoek naar het verlies van lexicale elementen’ kwam voorstellen. (Licentiaat in Taal

en Letterkunde: Germaanse Talen, K.U.Leuven)

 

Nu zijn we al begin 2013. Elke bijeenkomst een gastspreker-verteller, dat moet dan een aardige lijst zijn.

 

VG. Het zijn allemaal Genkenaren die naam en faam genieten in onze Genker samenleving.

We zullen ze eens in een rij zetten.

 

Onze Gastsprekers en vertellers (2001 - 2009): download hier het overzicht.

Onze Gastsprekers en vertellers (2010 - 2016): download hier het overzicht.

 

Onze gastsprekers en vertellers (2017-2019)

 

Naast onze gastspreker-vertellers mogen we ook verrassend genieten van: Gènker farsen, gedichten, verhalen, cursiefjes enz.  Marcel Schrijvers(+), Nelly Crèvecoeur-Olyff, Marie-Louise Geurts-Donckers, en Theo Achten lieten zich al meermaals horen. Soms tot groot jolijt van de aanwezigen.

Wat een lijst zeg! Daar vinden we mensen uit de sportwereld, beleidsmensen, persoonlijkheden met speciale beroepen, wetenschappers, kunstenaars…, die allemaal in het Genker dialect kwamen vertellen. Nu vermoed ik dat daar telkens een pak volk naar die bijeenkomsten afzakt en niet alleen om te luisteren. Kan je daar getallen op plakken?

Veldeke Genk én getallen: download hier het overzicht

Dat kan tellen zeg! Die getallen behoeven geen commentaar. 't Is precies of mijn oren trillen.

We hebben nog andere getallen, netjes bijgehouden door onze kassier. Je weet hoe dat gaat; boekje even open en dan weer toe. Dat is zijn heiligdom.

 

Maar,waar en wanneer houden jullie die bijeenkomsten?

 

VG.  In ‘Den Ichter’  Hannesstraat z/n, telkens de laatste woensdag van de onpare maanden om 19u30,
behalve in juli. Iedereen is daar altijd van harte welkom.

 

Heb je misschien nog zo een imposante getallenlijst?

 

Veldeke beweegt: download hier het overzicht

 

Hoe houden jullie in zo een grote groep contact met elkaar?
VG.  Daar hebben we ons tweemaandelijks tijdschrift 'Vèè kalle Gènker' voor. Meestal 16 pagina’s A5, met
allerhande informatie over activiteiten, aangevuld met gedichtjes, verhaaltjes, beschrijvingen; natuurlijk allemaal
geschreven
in het Genker dialect. Een ideaal middeltje om onze leden ons Genker dialect te laten (leren) lezen.

Ik heb zo de indruk dat er toch nog meer te vertellen valt over het fenomeen dat Veldeke Gènk toch is en over de mensen
die dat gestalte geven.

VG. Je hebt natuurlijk een ploeg mensen nodig die dit ‘maatschappelijk engagement’ gestalte geven.
Sinds 2003 zijn we  een ‘Feitelijke Vereniging’ met een bestuursploeg die door de Algemene  Vergadering bevestigd werd. De eerste versie van het ‘Reglement van Inwendige Orde’ werd toen ook goedgekeurd . Aangepast in 2007 n.a. v. de Wet op het Vrijwilligerswerk. 

In 2002 verschijnt de eerste ledenbrief.

In 2004 valt het eerste ‘Vèè kalle Gènker’ in de brievenbus.

In 2005 verschijnt ‘De Gènker Bloemlezing’, De liederenbundel van de Rollezèngers en twee verhalenbundels met als spilfiguurtje: ‘Zjraarke’ van Theo Achten. In april 2008 konden we in nauwe samenwerking met de Dienst Cultuur van de stad Genk onze webstek www. dialectingenk.be de wereld insturen. Onze mensen die daar aan meewerken mogen trots zijn op de inhoud en de vorm. Maar de technische hulp van de Dienst Cultuur is onvolprezen. We denken dat die webstek het middel bij uitstek is om ons Genker dialect te promoten,  te bewaren, herkenbaar en buikbaar te houden voor het nageslacht.

Zal dat ooit voltooid geraken?
VG. We vrezen van niet, omdat er steeds maar nieuwe takken en twijgen aan die boom geënt worden.
Op termijn zal dat een enorme korf informatie en een massa gegevens over het Genkse en zijn Genkenaren voorhanden zijn, maar….,  in de Genker taal geschreven.

Nu een voorlopig laatste vraag. Hoe kijkt Veldeke naar de toekomst?

VG. We willen nog veel verwezenlijken.
- Het ledenaantal verder zien groeien
- Ons Genker dialect promoten via de media.
- De bijeenkomsten informatief, plezant en gemoedelijk houden.

Laten we het zo eens stellen.

Ons dialect is het mooiste, belangrijkste, zelfs het intiemste erfgoed dat we hebben. We moeten er alles aan doen om dat via woord, beeld en klank te bewaren voor de volgende generaties.

Een citaat van onze voorzitter:
“Ve moeten altoes Gènker kallen as het kan, me Nederlands as het moet; maer dat dan ooch zoe goed mieëgelek."

Dat is het onthouden waard. Maar zeg dat eens in onze standaardtaal...

“We moeten altijd Genker spreken als het kan, maar NL als het moet; maar dat dan ook zo goed mogelijk.

Om onze babbel af te sluiten wil ik Veldeke Gènk nog veel inspiratie en doorzettingsvermogen, maar vooral dat succes wensen, waaruit jullie de moed putten om verder te bouwen aan die schitterende realisatie

VG.  Bedankt voor de interesse en voor die wens. We zullen verder ons uiterste best doen om dit maatschappelijk engagement in te vullen en waar te maken.